Een mongolenvlek is een egale blauwgrijze vlek die vaak gezien wordt bij pasgeboren baby’s met een donkere huid. Bij blanke baby’s wordt de mongolenvlek haast nooit te zien. Mongolenvlekken hebben niets te maken met het syndroom van Down. De vlekken zijn zo genoemd, omdat ze erg vaak voorkomen bij mensen van het Mongoloïde ras.
De vlek is meestal binnen een paar dagen na de geboorte zichtbaar met een verkleuring op de onderrug en billen. Soms komt een mongolenvlek ook op andere plekken van het lichaam voor.
Mongolenvlekken worden veroorzaakt door hoopjes pigmentcellen, diep in de huid. Pigmentcellen die oppervlakkig in de huid liggen geven een bruinige kleur, terwijl pigmentcellen die diep in de huid liggen een blauwe kleur geven. Tijdens de ontwikkeling van het kind in de baarmoeder verplaatsen pigmentcellen zich vanuit de diepte, naar de oppervlakte van de huid. Mogelijk gaat er bij dit proces iets mis of wordt het proces vertraagd. De cellen zijn in de eerste levensjaren van de baby nog bezig met deze verplaatsing. Hierdoor ontstaat een cluster met pigment.
Een mongolenvlek is een egale blauwgrijze tot zwarte vlek die in het niveau van de huid ligt. Meestal zitten de vlekken op de onderrug of op de billen, ongeveer een paar centimeter groot. Ze kunnen ook op andere plaatsen voorkomen en wat groter zijn.
Behandeling is niet nodig. Mongolenvlekken worden niet kwaadaardig en het kindje heeft er zelf geen last van. Vaak verdwijnt de mongolenvlek vanzelf rond de leeftijd van 4 jaar.
Stichting Huidhuis wordt gerund door vrijwilligers en is afhankelijk van giften en donaties. Zonder uw bijdrage kan Huidhuis niet voortbestaan.